Wolkbreuk

 


Vanmorgen zijn Wim en ik op weg naar schoonmama 
in een half uur durende wolkbreuk terecht gekomen.
We zijn nog ergens gestopt omdat ik de weg 
bijna niet meer kon ontwaren.
De hele weg was weg.

Maar daar stonden we niet veilig 
en toen zijn we maar weer gaan rijden,
achter de lampen van een auto voor ons aan.

De ruitenwissers zwiepten op hun hardst.
Alle ramen bleven ondanks de waaier 
op de hoogste stand maar beslaan. 
Wim deed zijn best met de raamwisser
en gaf me gelukkig aanwijzingen: 
Hier moet zo een bocht naar rechts komen.
Rijd maar naar die stoplichten toe.

Toen we aankwamen en ik parkeerde, 
dacht ik even dat ik maar moest gaan huilen.
Maar dat hoefde ik uiteindelijk toch niet.
Wat een inspanning was dat geweest.
Met de regen die heel hard kletterde, 
de hoge muren water die we opspatten,
de donkergrijze, bijna groene lucht,
het flitsen en vooral het slechte zicht.

En het begon zo mooi: we reden over de dijk, 
tussen de koeien en het groen, de bootjes en de IJssel.
Maar ineens was het bal. 
Het leek het wel einde van de wereld. 
En een half uur later scheen de zon 
alsof er niets aan de hand was!
Het is wat...

1 opmerking:

  1. Dat is zo eng, ik voel met je mee Jacquelien .Gelukkig is het goed af gelopen. Beterschap ,voor je man gewenst. Groetjes van Brigit

    BeantwoordenVerwijderen