Ik vond het altijd heerlijk: melk of vanillevla in een fles.
De vla en de yoghurt kon je op zijn kop zetten
of leeg maken met een flessenlikker.
De kleur dop gaf de inhoud aan:
Melk was blauw, karnemelk rood, yoghurt groen
vanillevla was geel en chocoladevla bruin.
Meer smaken waren er meestal niet.
Mijn schoonvader werkte bij een drukkerij
waar ze stevige papieren wikkels maakten die
om de hals van zo'n fles werden geschoven.
Als een soort kraag, waar de fabrikant dan
nog wat meer productinformatie op kwijt kon.
Die wikkels werden op grote vellen papier gedrukt,
die moesten dan 'uitgedrukt' worden
en in elkaar gehaakt of gevouwen.
Dat was ouderwets thuiswerk.
Ongeveer zoals op deze foto:
In de tijd dat onze oudste dochter er net was,
en mijn Wim als onderwijzer voor de klas stond,
had ik best veel tijd over thuis als ons meisje sliep.
Mijn schoonouders boden van dat thuiswerk aan.
Ik kreeg dan een lading van die vellen met kragen,
die ik dan in elkaar vouwde en als torens opstapelde,
die mijn schoonouders dan weer meenamen
als ze bij ons op bezoek waren.
Ik vond het wel prettig om te doen.
Je hoefde er niet bij na te denken
en ik luisterde dan naar de radio of keek
naar ons kleine zwart-wit televisie-tje.
Het was net zoiets als breien,
een simpele, repeterende handeling.
En ik verdiende er dan toch wat extra's mee.
Want het salaris waar Wim mee thuiskwam
was als eerste 'slachtoffer' van de HOS regeling
eigenlijk echt te laag om fatsoenlijk van te leven.
In het onderwijs kwam je niet in het Ziekenfonds
maar moest je je duur particulier verzekeren.
Als ik die premie van het salaris aftrok hielden
we minder dan bijstandsniveau over.
Ik weet nog dat ik met onze baby in de draagzak
bij de sociale dienst aanklopte om aanvullende
bijstand te vragen terwijl Wim heel hard werkte
in eerste baan als onderwijzer op de Vrije School.
Hij begon zijn loopbaan met een zesde klas.
De leerkracht die de vijfde klas had
verdiende maar liefst drie keer zoveel.
Oh, wat was ik verontwaardigd en strijdbaar.
Bij de Sociale Dienst zochten ze uit
dat we een groot deel van onze premie voor de
ziektekostenverzekering terug konden krijgen
via een aparte regeling en zo kwamen we
toch op een sociaal minimum terecht.
Maar ik vouwde toen gelukkig ook
een tijdje van die papieren flessenwikkels
voor als we iets extra's nodig hadden.
We hadden het toen echt niet breed.
Een terrasje pikken was er niet bij.
En we aten best vaak pannenkoeken.
Maar ik wist toch een buffertje bij elkaar te sparen.
We waren jong en bezig om ons leven op te bouwen
en gewoon heel gelukkig met ons drietjes.
Kijk daar moest ik aan denken toen ik
deze foto zag met de zuivel in flessen.
En de doppen werden gespaard als "zilverpapier" voor de missionarissen. Eén keer per jaar werd dit dan opgehaald. Groet, Tineke.
BeantwoordenVerwijderenHeb ooit filmpje gezien van koolmees die dop verwijderde om vetlaagje op de melk te snoepen. Petra
BeantwoordenVerwijderenOnbegrijpelijk dat niemand van zijn collega’s Wim op de teruggave van ziektekostenverzekeringen wees. Ik ben in 1968 als leerkracht gaan werken en kon meteen die kosten terugvragen. Na mijn huwelijk kon ik me meeverzekeren bij mijn partner en de onkostenvergoeding bleef bestaan. Dat konden we goed gebruiken want de salarissen waren toen niet hoog.
BeantwoordenVerwijderen